Hoe vaak, wanneer en wat je eet, heeft een invloed op de bacteriën die in je mond leven. Die bacteriën kennen we onder de vorm van tandplak, waarin suikers omgevormd worden tot zuren. Die zuren tasten de eerst de glazuurlaag van de tand aan, en daarna de tand zelf.
Ook kleine baby’s hebben bacteriën in hun mondje. Zodra hun eerste tandje verschijnt, wordt er tandplak gevormd, en kan tandbederf ontstaan.
Tandhygiëne bij baby’s is dus net zo belangrijk als bij jonge kinderen en volwassenen.
Hoe kan je tandbederf bij kinderen voorkomen?
- Beperkt het aantal eet- en drinkmomenten tot vier à vijf per dag. Probeer tussen de eetmomenten twee à drie uur tijd te laten.
- Suiker is slecht voor de tanden, maar toch zien we dat veel voedingsproducten voor kinderen veel suikers bevatten. Vermijd frisdrank, puddinkjes, siropen en koekjes en kies voor gezonde tussendoortjes, zoals fruit en groenten, ongezoete yoghurt of een stukje kaas.
- Leer je kind zo snel mogelijk om goed te kauwen tijdens het eten. Zo produceert het veel speeksel en dat neutraliseert de zuren in zijn mondje.
Hoe moet je je babytandjes poetsen?
- Je moet babytandjes poetsen vanaf het moment dat de eerste tand doorbreekt. Gebruik daarvoor een speciale tandenborstel voor baby’s of een gaasje. Pas de tandenborstel voortdurend aan aan de leeftijd van je kind naarmate het ouder wordt en vervang hem om de drie maanden.
- Gebruik een speciale tandpasta voor baby’s, met verlaagd fluorgehalte. Baby’s slikken de gebruikte tandpasta immers grotendeels in.
- Babytandjes poetsen doe je bij voorkeur ’s avonds. Bij peuters en kleuters kan je beter twee keer per dag poetsen: ’s morgens na het ontbijt en ’s avonds voor het slapengaan.
- Wanneer je een fluorhoudende tandpasta gebruikt, is het niet nodig je kind extra fluor te geven. Te veel fluor kan leiden tot witte vlekken op het tandglazuur.